De perfecte weersomstandigheden voor een rondvlucht zijn een heldere lucht, rustige wind en goed zicht. Een heldere lucht zorgt voor het best mogelijke uitzicht op de bezienswaardigheden en oriëntatiepunten beneden, terwijl kalme wind zorgt voor een soepele en comfortabele rit voor passagiers. Door goed zicht kunnen piloten veilig navigeren en hebben passagiers een duidelijk zicht op de wereld om hen heen. Bovendien zouden piloten alle weersomstandigheden willen vermijden die het zicht kunnen belemmeren of turbulentie kunnen veroorzaken, zoals mist, laaghangende bewolking of harde wind. Deze omstandigheden kunnen niet alleen de kwaliteit van de sightseeing-ervaring verminderen, maar kunnen ook veiligheidsrisico's voor passagiers opleveren. Over het algemeen zijn de ideale weersomstandigheden voor een rondvlucht een zonnige of halfbewolkte lucht, lichte wind en goed zicht. Door onder deze omstandigheden op te stijgen, kunnen piloten alle passagiers een onvergetelijke en plezierige ervaring bezorgen.